zondag 8 november 2015

Palmanova

"Wij willen een ijsje!"
Het geluid van de kleine stemmetjes slaat neer op het immense Piazza Grande, het hart van Palmanova. Het is warm begin juli. Al voor 11 uur geeft het kwik 35 graden aan. Onder de strak blauwe hemel overheerst de stilte, terwijl zich in de kathedraal een uitvaart afspeelt. Mannen in zwarte pakken kijken stoïcijns voor zich uit. Wij bewegen ons rustig in de schaduw van de gebouwen aan het plein en door de rechte straten van het stervormige vestingstadje. Palmanova ligt in de regio Friuli Venezia Giulia (lees hier de blog), 50km ten noordoosten van Trieste. Vreemd genoeg is dit pareltje nog niet te vinden op de Unesco werelderfgoedlijst, maar dat gaat zeker komen volgens de vriendelijke signorina van de plaatselijke VVV.  


De vesting is ontstaan in 1593 onder de naam Palma. Begin negentiende eeuw maakte Napoleon er zijn hoofdkwartier van en doopte het stadje om tot Palmanova. Er is sindsdien niet veel veranderd. Centraal vind je nog altijd het zeshoekige Piazza Grande met daaraan de imposante kathedraal (Duomo Dogale), panden met kleurrijke gevels en tientallen beelden. De stadsomwalling en de toegangspoorten zijn grotendeels intact gebleven en deels te bewandelen. Rondom de stadsmuren loopt een ongeasfalteerd fietspad. Maar het meest bijzondere van Palmanova is de serene sfeer en het gebrek aan toeristen. En dat terwijl wij er in het hoogseizoen ronddwaalden. We schaamden ons zelfs een beetje om de auto met Nederlands kenteken tussen de louter Italiaanse bolides te parkeren. Net even buiten het centrum, de parkeerplaats had wel iets weg van een militair complex.


We staan inmiddels aan de andere kant van het plein, vlakbij het gemeentehuis.
"Mogen we dan nu eindelijk een ijsje?" De meisjes staan tegen een standbeeld aangeleund en kijken verveeld de straat in. "
"Een ijsje...Nu!" galmt het over het plein.
De lokale bevolking kijkt er niet vanop, ze schenken de bambini een glimlach, vervolgen hun gesprekken en drinken hun apperitivo.


"Ok! Als jullie 100 punten hebben verdiend krijgen jullie een ijsje!"
"Maar hoe krijgen we dan 100 punten?"
"Heel simpel. Gewoon lief zijn en niet gillen of zeuren! We moeten nog een klein stukje lopen"
De eerste punten zijn snel verdiend, op elke hoek van de straat liggen 10 punten te wachten. Soms wel meer.
20, 30, 40 , 50, 60...
"Het duurt zo lang..."
"10 minpunten"
"Nou!"
We lopen verder...
60,70,...
"Het is zo warm!"
"10 minpunten"
"Kom op, we zijn er bijna!"
70, 80, 90...
Halverwege de Borgo Cividale vinden we een gelateria.
"100 punten!"
Het pijnboompittenijs is subliem!

Meer foto's van Palmanova vind je op onze facebookpagina


dinsdag 8 september 2015

La Rosa

Een klein jongetje staat te zwaaien en Cindy vraagt of ik hem gezien heb. We fietsen zij aan zij door Noord-Holland tijdens de 18e edtitie van de Ride for the Roses. Een fietstocht over 100 kilometer in de strijd tegen kanker waaraan iedereen kan meedoen. In Aalsmeer stonden 9.000 deelnemers aan de start om geld in te zamelen voor KWF kanker bestrijding. Aan de finish voor iedere deelnemer een roos die symbool staat voor een morgen voor iedereen.

La vita é Bella fietste mee, want het leven is mooi en ook wij wensen iedereen een morgen. Daarnaast hebben wij helaas goede redenen. We fietsten voor Leo, Joke & Micha, oma Toedeloe, opoe, opa, ome Jan, tante Carla, ome Wout, de vader van Lara, de vader van Gijs, de zwager van Paul,  de vrouw van Jan, de vader van Freek. Voor iedereen die ons lief is. Want tja, wie krijgt er niet mee te maken, dichtbij of ver weg. Ruim een derde van de Nederlandse bevolking overlijdt aan een vorm van kanker en in Nederland is kanker sinds 2008 doodsoorzaak nummer 1. Er is geld nodig voor onderzoek en daar draagt Ride for the Roses op een gezonde manier aan bij.

Tijdens de rit is op de shirts af te lezen waarom: Ze vertellen het verhaal van Jill, opa fietst voor haar. Bij een ander een lachend gezicht afgedrukt op het wielershirt, met daarop een datum in het verleden. De ferme trap die de persoon voor je doet krijgt ineens een hele andere betekenis. Ruggen gebogen over het stuur, hoofden in de wind, de gedachten bij vrouw, kind, ouder of collega. Iedereen heeft een verhaal, hoe triest ook. Eigenlijk een vreemd en tegelijk heel bijzonder gevoel van saamhorigheid. Langs het parcours staan overal mensen te klappen, te juichen te bedanken al dan niet met een spandoek. Kippenvel! 100 kilometer lang kippenvel! Voor het startschot klonk symbolisch The Rose van Bette Midler door de immense hal van de bloemenveiling, stilte overheerste. Het fietsen is eigenlijk bijzaak.

En dat jongetje dat naar ons zwaaide? Dat jongetje stond daar met een grote glimlach en ook hij klapte. Hij had een kaal hoofdje en een slangetje in zijn neus. De leeftijd van onze oudste dochter...


PS. Aan de finish ontving iedereen naast een roos een Rabobank tasje met wat promotiemateriaal en een tros tomaten erin. Volgens onderzoek werken tomaten preventief tegen kanker. We maakten er op maandag een heerlijke, gezonde en simpele pasta mee. 4 Het leven! La Vita è Bella!

Voor 4 personen
- 350 gram penne
- 1 teen knoflook (in dunne plakjes gesneden)
- 1 kleine ui (gesnipperd)
- 1 courgette (in kleine blokjes gesneden)
- 1 blik tonijn op olijfolie (160 gram)
- 300 gram Prominent Salato tomaten (in partjes gesneden)
- peper en zout


Breng een grote pan met water aan de kook voor de pasta. Zet een kleine pan op het vuur en giet de olijfolie uit het blikje tonijn af in de pan. Verhit de olie en fruit daarin de ui en knoflook tot ze zacht zijn (niet laten kleuren). Voeg dan de blokjes courgette toe en gaar deze onder regelmatig omscheppen. Kook ondertussen de pasta al dente in gezouten water. Voeg de tomaten toe aan het groentemengsel en verwarm deze een minuut of 5 mee. Maak tot slot de tonijn los met een vork en roer deze er doorheen en verhit kort mee. Giet de pasta af en meng de pasta met het groentemengsel. Serveer in diepe borden.
Buon appetito!

woensdag 2 september 2015

Grotto Gigante

Afgelopen zomer waren wij te gast in de regio Friuli Venezia Giulia in Noord- Oost Italië (lees hier de blog). Het is daar niet alleen prachtig aan de oppervlakte, ook onder de grond is ontzettend veel te beleven. Friuli Venezia Giulia  heeft dan ook de hoogste grotdichtheid van Europa. Met een kleine 5000 exemplaren beschikt zo’n beetje elke vierkante kilometer over twee grotten. De Grotto Gigante (niet ver van Trieste) in Sgonico is ongetwijfeld de bekendste. En deze grot doet zijn naam eer aan: Hij is gigantisch!

Na een cappuccino op de camping aan de kust vertrekken we richting Sgonico. De slingerachtige wegen door de Friulaanse heuvels nabij de Sloveense grens zijn prachtig en we passeren dorpje na dorpje zonder ook maar iemand tegen te komen. Goed voorbereid als we zijn wandelen we -na de biglietti gekocht te hebben bij een uitermate vriendelijke signore- de grot in. Om ons heen mensen in lange broeken en vesten geknoopt om de schouders. En wij? Zomers gekleed in korte broek, jurkjes en dunne t-shirts. Het is immers 33 graden buiten en dan vergeet je weleens even dat er in een grot een constante temperatuur is van 11 graden. Dat weerhoudt ons niet... We volgen de gids en dalen de 500 treden af.

‘Papa, papa…’ gillen de meiden.
‘Zitten er dinosaurussen in de grot?’
Hun stemmen galmen door de immense ruimte en overstemmen zelfs de gids.
'Sssst! Niet zo gillen meisjes, dat is niet aardig voor de signora'
'Er zijn inderdaad dinosaurussen in de grotten en die liggen lekker te slapen, dus zachtjes praten anders worden de dino's wakker.'  Vervolgt Cindy.

Ondertussen vertelt de gids verder in Italiaans/Engels dat de Grotta Gigante in 1840 werd ontdekt door Antonio Federico Lindneren en pas bijna vijftig jaar later, in 1908, werd opengesteld voor het publiek. De uitzonderlijk grote omvang zorgde in 1995 voor een notering in het Guinness Book of Records als 's werelds grootste toeristische grot. De afmeting: maar liefst 98,50 meter hoog, 76,30 meter breed en 167,60 meter lang. De vloer en het plafond bedekt met indrukwekkende stalactieten en stalagmieten die gevormd zijn door eeuwen heen. Che spettacolo!

We vervolgen onze weg verder naar beneden, trap voor trap.
‘Mama? Waarom zijn de treden nat?' Vraagt Lara nieuwsgierig? 'Is dat dinosaurus plas?’
‘Ja, dat is inderdaad dinosaurus plas’ en ze richt zich tot Giulia, die al duimend op haar arm zit rond te kijken in de schemering. ‘Dat is van dino's die naast het potje doen plassen!’ Giulia geeft geen kick, maar Lara en Italia moeten er hartelijk om lachen.

Als de gids haar verhaal halverwege de grot vervolgt en er mensen doorheen praten, fluistert Italia met grote ogen: "Ssst, de dino's slapen..."

zondag 16 augustus 2015

Il coccodrillo come fa?



Als je kind het naar zijn zin heeft, dan heb jij dat ook. Het is een cliché en meer dan waar. Afgelopen vakantie mochten wij twee weken lang iedere avond genieten van de babydance. Een halfuur zingende en swingende kinderen, die als het even kon daarna nog meededen met de tienerdance. De slaap voorbij...

De schaamteloosheid van het vrije bewegen, zingen en het pure geluk op de mooie gezichtjes van onze dochters. Prachtig om te zien en misschien ook wel een grote wens om zelf zo ongeremd te zijn. Intens genieten iedere avond weer. Na een paar dagen kreeg ik de smaak dan toch écht te pakken en danste bij ieder liedje vrolijk mee. Heerlijk!!

Met een goed gevoel voor ritme beweegt Italia soepel met haar heupen, Lara kan al snel alle liedjes meezingen & kleine Giulia heeft dikke pret tussen haar grote zussen en de andere kinderen. Tijdens het dansen merken twee andere dames Lara op en kijken vol bewondering naar haar. Het duurt niet lang of ze leggen contact met elkaar, een vriendschap is gesloten en een vast dansgroepje ontstaat... Geweldig hoe gemakkelijk die kleintjes contact maken, hoe ze zonder woorden elkaar weten te begrijpen en binnen no time onafscheidelijk zijn.
Bij terugkomst in Nederland is de babydance niet vergeten. 's Avonds voor het slapengaan draaien wij nog even een nummertje en gaan de voetjes van de vloer. Dikke pret dus in casa La vita é bella!! 

Ook die pret beleven? Hieronder vind je de 5 favoriete (Italiaanse) kinderliedjes van de bambini. Buon divertimento!

1. Il coccodrillo come fa?

2. I due liocorni

3. Cocomero tondo tondo

4. Socu baci vira


5. Padrone non mi mettere in pentola







zaterdag 8 augustus 2015

Friuli Venezia Giulia

We zagen er een beetje tegenop, voor het eerst in het hoogseizoen op vakantie. In slakkentempo tuffend over de Deutsche autobahn achter massa's toeristen op weg naar het zuiden. Eenmaal op de plaats van bestemming ingeklemd zijn tussen landgenoten, die de hele vakantie enkel op en neer lopen naar het zwembad, de bar en de pizzeria op de camping en buiten de plaatselijke supermercato en gelateria weinig van de omgeving meekrijgen. De enige echte beweging zou tijdens de Italiaanse avond zijn, waar na een te ruime hoeveelheid cocktails, de voeten dan toch even van de vloer gaan op matige vertolkingen van Italiaanse klassiekers door een evenzo matige gelegenheidsband. Overdag dansen vege lichamen, rode ruggen en witte buiken, de Macarena bij het zwembad terwijl de animatiejuf het publiek opzweept: 'And a wone and a twoo and a twee'. Tot laat in de avond gelal op de camping, schreeuwende kinderen omdat er geen friet en frikandellen te verkrijgen zijn... Horror, nachtmerries had ik er van.


Toch vertrokken we half juli naar Italië. En wel naar de regio Friuli Venezia Giulia. Een streek in het uiterst Noord-Oosten van de laars waar we graag eens kennis mee wilde maken. Ingeklemd tussen de Adriatische zee, Oostenrijk, Slovenië en de Veneto vind je er alles wat je je als toerist kan wensen. Zon, zee, strand, cultuur, een goede keuken, prachtige natuur, idyllische dorpjes en een uitermate vriendelijke bevolking. Eigenlijk alles dus, maar dan met uitzondering van het massatoerisme. Een geschenk uit de hemel, toch? Friuli Venezia Giulia is duidelijk nog niet ontdekt door het grote publiek. En dat verbaast ons enigszins, hoewel wij het maar wat prettig vonden. Ik kan niet anders zeggen dan dat we ontzettend enthousiast zijn geworden over deze eigenzinnige regio. Het is er  adembenemend mooi en wat is er veel te zien en te beleven! En dat, ondanks het hoogseizoen, in alle rust.


Met terugwerkende kracht vernoemen we onze jongste dochter Giulia naar deze streek. Gelijkenissen zijn er: Friuli Venezia Giulia is mooi, avontuurlijk, klein en een tikkeltje eigenwijs. Zo spreken ze er  een eigen taal (Friulaans) en in de ristorante vind je gerechten op de kaart die je niet direct zou verwachten in Italië, eerder bij de oosterburen. Soms heb je zelfs even het gevoel niet in Italië te zijn, terwijl het volgende dorpje je weer aan Toscane of Umbrië doet denken. Hoewel we de Friulanen alle toerisme gunnen hopen we dat het massatoerisme ze bespaard blijft.

Wil je ook Friuli Venezia Giulia ondekken? De hoofdstad Trieste en het Castello Miramare ken je vast al wel, daarom hier 9 andere tips die je zeker niet mag missen tijdens je reis (in alfabetische volgorde)!

Acquileia
Wandel de route langs de Romeinse opgravingen die vrij te bezichtigen zijn, beklim de klokkentoren en bewonder de prachtige basiliek en de weelderige mozaïekvloeren uit de 4de eeuw. Heel erg bijzonder. Het archeologische deel van Aquileia staat dan ook niet voor niets sinds 1998 op de werelderfgoedlijst van Unesco. Voor een heerlijke caffè of cappuccino kun je het beste terecht bij Pasticceria Mosaico (Piazza Capitolo).
 

Castello di Duino
Op een rots boven de Adriatische zee, 20 kilometer van Trieste, vind je dit 14de eeuwse kasteel. Waan je even Hertog of Hertogin als je door de kasteeltuinen of de kamers van het kasteel wandelt. Het interieur is (deels) intact. Ook de bunker die in de tweede wereldoorlog door de Engelsen werd aangelegd is te bezoeken.

Achter het kasteel, tussen Duino en Sistiana, ligt een natuurgebied waar je een avontuurlijke wandeling kunt maken over de rotsachtige kliffen. Uiteindelijk passeer je een camping (Mare Pineta) waar je bij Rifugio Rilke terecht kunt voor een aperitivo, caffè of een simpele, maar goede, maaltijd met prachtig uitzicht over de baai van Sistiana (Doe Giulia en Elena de groeten van ons!).

Civadele del Friuli
Civadele del Friuli werd 53 jaar voor Christus gesticht door Julius Caeser onder de naam Forum Iulii, waar de naam Friuli vandaan komt. Het is heerlijk dwalen door de kronkelende middeleeuwse straatjes in het sfeervolle historische centrum. Daal midden in het dorpje af naar het riviertje de Natisone en geniet van de rust en het uitzicht op de Ponte del Diabolo en de tempel van de Longobarden.

Gorizia
Een bijzondere smeltkroes van Italiaanse, Germaanse en Sloveense invloeden wat goed te zien is aan de kerk Sant' Ignazio aan het Piazza della Vitoria. Het Kasteel van Gorizia torent trots boven de stad uit en is zeker een bezoekje waard.

Grotto Gigante
Op 10 km rijden vanaf Trieste vind je in Sgonico een indrukwekkende grot. In de duisternis daal je via een trap 100 meter af naar een immense ruimte van 168 lang en 76 meter breed... Tja, hij heeft niet voor niets de naam Gigante.

Palmanova
Deze vestingstad is gebouwd in de vorm van een ster en werd gesticht in 1593. Strijk neer op een terrasje aan het prachtige zes hoekige Piazza Grande met uitzicht op de Kathedraal of struin door de rechte straten naar de stadsmuur die deels te bewandelen is. Neem voor de lunch of diner plaats bij Osteria Campana d'Oro (Borgo Udine 27), om je vingers bij af te likken!

Prosciutto di San Daniele
Overal in Friuli Venezia Giulia kun je smullen van deze heerlijk ham uit het gelijknamige dorpje. Oprecht de culinaire trots van deze regio, want hij doet zeker niet onder voor de veel bekendere variant uit Parma.

Spilimbergo
Spilimbergo mag zich rekenen tot de mooiste dorpjes van Italië en is gebouwd rond het prachtig beschilderde 15de eeuwse kasteel. Bezoek ook de Duomo Santa Maria Maggiore, wat ons betreft de mooiste van Friuli Venezia Giulia. Ook weten ze hier wat lekker eten is in een fantastische sfeer. Onze tip: Trattoria Consul (Piazza Borgolucido 28)
 

Op een minuut of 10 rijden van Spilimbergo ligt overigens het graf van Pim Fortuyn (Provesano).

Udine
Onder de portici is het heerlijk winkelen en het Piazza della Libertà mag zich onder de mooiste pleinen van Italië scharen. Udine is na Trieste de grootste stad van Friuli Venezie Giulia en heeft het wat ons betreft helemaal! Wat een heerlijke stad!!


maandag 13 juli 2015

Trattoria Farci

Mangia bene, ridi spesso, ama molto.
Tilburg is een heel fijn stukje Italië rijker. Afgelopen mei opende namelijk Trattoria Farci haar deuren, een lang gekoesterde droom van Marcella Farci, dochter van een Nederlandse moeder en een Italiaanse vader. Naar eigen zeggen: "Geboren in Tilburg, gedoopt op Sardinië, ter communie in Tilburg en opgevoed met Italiaans temperament." En dat temperament is voelbaar aanwezig. Ze staat garant voor authenticiteit, versheid en kwaliteit met de geuren en smaken van Italië.
Bellissima!
Dat Farci gevestigd is tegenover het treinstation in de Tilburgse Fenix wijk de Reeshof onder een nu niet bepaald inspirerend appartementencomplex ben je eenmaal binnen snel vergeten. Farci is sfeervol ingericht, het ontvangst bijzonder vriendelijk en met de heerlijke geuren uit de keuken waan je je direct in Italië. En er is plek voor iedereen, voor jong en oud, voor tutti famiglia! De halve ruimte wordt verbouwd als alle tafels bezet zijn en de gasten binnen blijven stromen. Het terrasmeubilair wordt schoongemaakt en binnengezet, terwijl de aanwezigen zich duidelijk amuseren. Op de kaart vind je pizza al taglio, antipasti, pasta veloce en een goed glas wijnGedurende de dag kun je bij Farci ook terecht voor een Panini, Tramezzini of een heerlijke caffè.


Farci deed onze "Italiaanse" hartjes sneller kloppen. Een plek om vaker even weg te dromen onder het genot van een traditionele en eerlijke maaltijd in goed gezelschap. De malloreddus al ragù (een Sardijnse pasta met een saus van tomaat en rundergehakt) kunnen wij alvast van harte aanbevelen!

Ook nieuwsgierig? Meer info vind je op de website of Facebookpagina van Farci.

Buon divertimento!

zondag 7 juni 2015

Mottarone

"Uno, Due, Tre, Quatro, Cinque, Sei, Otto, Nove, Dieci." Met de handen in haar zij en haar heupen naar rechts gegooid staat Lara te glunderen naar de barista. Ik fluister haar zachtjes toe dat ze Sette is vergeten, maar het overweldigende geklap en gejuich van de barista is me voor. Een gezellige ietwat gezette vrouw. Grijze haren vallen sluik langs haar gezicht, met haar enthousiaste lach is ze geboren. Ik gok dat ze een jaar of vijftig is.

Een kleine, oudere man die een espresso aan de bar nuttigt aanschouwt het tafereel, knikt goedkeurend, neemt een klein slokje van zijn espresso, laat het restant in zijn kopje ronddraaien en drinkt het kopje leeg. Hij kijkt op naar de barista, bedankt haar en vraagt of Giancarlo recent nog is langs geweest (hij hoort maar niks van hem). Hij lacht naar de meiden en zegt dat dochters goed voor hun vader zorgen. Zelf heeft hij er ook twee vertelt hij trots. Hij stopt zijn portemonnee in zijn jas en loopt de bar uit.

De barista beantwoordt Lara met een "Ein, Zwei, Drei…." Lara draait zich om, trekt haar schouders op en kijkt me vragend aan. “Di dove sei? vraagt de vrouw aarzelend, ze hangt voorovergebogen over de bar… Het is even stil. “Ze vraagt waar je vandaan komt… Sono Olandese” fluister ik zacht. “Sono Olandese!” roept Lara. “Aaah, Olandese, e comme ti chiami?” Sono Lara, en dit is Italia en dat is Giulia. De vrouw komt overeind roept haar dochter erbij. Ze kijkt me aan vraagt nog een keer naar de namen en schrijft ze één voor één op in haar notitieblok. Belle bionde! We drinken onze cappuccini, betalen en verlaten het mondaine Stresa met haar chique boetiekjes en overweldigende hotels met uitzicht op de Borromeïsche eilanden in het Lago Maggiore.


We rijden de bergen in naar Mottarone. Cindy is blij dat we levend aan zijn gekomen. Gespannen zat ze in de auto tijdens de rit van twintig kilometer naar 1491 meter hoogte. De weg is niet altijd even goed, hobbelig asfalt, smal en bochtig, met een afgrond langs de linker of rechterzijde. Vanaf de Mottarone kun je bij goed weer zeven meren zien: Biandronno, Comabbio, Maggiore, Monate, Mergozzo, Orta, Varesa. Dit geluk hadden we vandaag niet, slechts een schim van het Lago Maggiore en het Isola Bella gehuld in mist. Het is een prachtig wandelgebied en in de winter kun je er skiën. Met een moderne skischool is het er ideaal voor een wintersport met kleine kinderen. Vind je het ook spannend om deze klim met de auto te maken? Vanaf Piazzale Lido in Stresa, waar ook de boot naar Isole Bella vertrekt, kun je ook met de kabelbaan naar Mottarone.

We parkeren de auto en Lara, Italia en ik wandelen naar de top. Via een stenen pad, dat langs een rodelbaan loopt, komen we weer beneden en vinden we tussen de bomen een oude villa. Het lijkt verlaten. Net als we om willen draaien komt de boswachter naar buiten, hij heeft zojuist zijn pranzo genuttigd en lijkt tevreden. We groeten hem en lopen  naar binnen in Villa Pizzini waar we verwelkomd worden door Paolo, gehuld in een zwart - soort van ijshockey- shirt. Er staat een grote 58 op zijn rug. We gaan zitten en Paolo legt rustig alle gerechten uit op de handgeschreven kaart, schenkt ons water en wijn in, neemt de bestellingen op en verdwijnt dan de keuken in. We zitten alleen in de huiskamerachtige eetzaal. Gele muren, oude foto’s en een ouderwetse bar kijken ons aan. In een handomdraai tovert Paolo penne rigate al tonno op tafel.

Penne rigate al tonno (voor 4 personen)
Een makkelijk en heerlijk recept. Snel klaar, dus ideaal na een drukke zomerse dag.
  • 350 gram penne rigate
  • 320 gram tonijn op olijfoliebasis (2 blikjes a 160 gram)
  • 2 tenen knoflook (fijn gesneden)
  • 1 rode peper (zaden verwijderd, fijn gesneden)
  • 1 ui (gesnipperd)
  • 400 gram pomodorini (gehalveerd)
  • bos peterselie (fijngehakt + extra om te garneren)
  • zout

Kook de penne al dente in een ruime pan met gezouten water. Giet ondertussen de olijfolie uit de blikjes tonijn af in een pan, verhit de olie en fruit hierin de knoflook, rode peper en ui. Voeg de pomodorini, de fijngehakte peterselie en zout naar smaak toe en verwarm nog tijdje door. Schep regelmatig om en voeg op het einde de tonijn toe. Giet de pasta af en roer alles zorgvuldig door elkaar. Serveer in diepe borden met een bosje peterselie als garnering.
Buon appetito!


zondag 31 mei 2015

Tagliatelle al ragù


Met dank aan de commercie is spaghetti bolognese één van de bekendste Italiaanse gerechten in de Nederlands keuken. Vreemd, want in Italië kennen ze dit helemaal niet en al zeker niet met spaghetti. De vleessaus, die zijn oorsprong vindt in Bologna, heet in Italië ragù en wordt gegeten met tagliatelle. Eind april bezochten wij Bologna (lees hier de blog) en aten een overheelijke traditionele ragù in de sfeervolle Osteria dell'Orsa aan de via Mentana. Kleine tafeltjes, dicht op elkaar, sobere aankleding, vriendelijke mensen en een voortreffelijke keuken tegen een aangename prijs. Dat is Osteria dell'Orsa, eten zoals eten bedoeld is!

Het vraagt wat geduld om zelf te bereiden, maar het zal je spaghetti bolognese doen vergeten.

Voor 4 personen
  • 500 gram tagliatelle 
  • 50 gram boter
  • 1 wortel (in kleine blokjes gesneden)
  • 1 middelgrote ui (gesnipperd)
  • 1 stengel bleekselderij (schoongemaakt en fijngesneden)
  • 500 gram (runder)gehakt
  • 250 gram pancetta in reepjes (of spekreepjes)
  • 200 ml rode wijn
  • 250 gram passata di pomodoro (gezeefde tomaten)
  • 250 ml vleesbouillon
  • 200 ml melk
  • versgemalen peper
  • zout
  • versgeraspte parmezaanse kaas
Smelt de boter in een pan met een dikke bodem, fruit hierin de wortel, ui en selderij een minuut of 5. Voeg het gehakt en de pancetta toe en bak het rul en gaar. Draai het vuur hoog en blus af met de rode wijn. Roer de gezeefde tomaten erdoorheen en voeg wat bouillon toe. Draai het vuur laag en laat het geheel zachtjes pruttelen. Als de saus te droog wordt voeg dan weer wat boullion toe. Na ongeveer 1.5 uur voeg je de melk toe en peper (en eventueel zout) naar smaak, Kook ondertussen de tagliatelle al dente in een pan met ruim gezouten water. Giet af, meng de tagliattelle met de ragù en serveer met wat parmezaanse kaas.
Buon appetito!

woensdag 6 mei 2015

Bologna

Het valt met drie kleine meiden niet altijd mee elkaar de gewenste aandacht te geven. Nu Lara bijna vijf wordt leek het mij dan ook een goed idee samen eens wat quality time te plannen en ergens voor een paar dagen naartoe te vliegen. In een vliegtuig had ze nog nooit gezeten en hoe ze het zou vinden om een aantal dagen van huis te zijn zonder mama en haar zusjes was tevens een verrassing.


Bologna!
Ik noemde één voor één de bestemmingen vanaf Eindhoven airport op. 
"Bologna!" Schreeuwde Lara uit. "Daar zijn wij toch nog nooit geweest?" Dat had ze goed onthouden. We reden er de voorbije jaren al een aantal keren langs, maar nog nooit brachten we een bezoek aan deze stad in de regio Emilia Romagna. Aangezien Bologna bekend staat als dé culinaire hoofdstad van Italië (één van haar bijnamen is la grassa, de vette), werd het dan ook écht tijd om kennis te gaan maken.


Wonen in Bologna
En zo vertrokken Lara en ik in april voor vier dagen naar Bologna. We vlogen met Transavia vanaf Eindhoven en vonden via Airbnb een mooie kamer in het hart van het oude centrum. Maison Ventidue, een bijzondere plek. Creatief en kunstzinnig. We voelden ons gelijk thuis en hadden met Mariarosa en Chiara twee fijne huisgenoten. Je hebt op deze manier helemaal het gevoel dat je echt in de stad woont, veel leuker dus dan een hotel of pension. De was hing bij de buren voor het raam te drogen, een buurvrouw voerde regelmatig een verhitte discussie en er galmde gelach over de galerijen van gezinnen aan tafel. Als we de zware houten deur openden van het oude gebouw liepen we zo de Via dell’Indipendenza op, om vervolgens onder de portici naar het Piazza Maggiore of de voormalige Joodse wijk (het getto) te wandelen. Bologna heeft zo'n 40 km aan portici (zuilengangen) die de stad een bijzonder karakter geven en die, naar gelang het weer, een paraplu of zonnebril overbodig maken.


Nog drie bijnamen
Maar ook de studenti geven Bologna karakter, maar liefst één op de vier inwoners is student. Aan het eind van de dag stromen de pleintjes vol met jongeren. Ze komen een - vaak zelf meegenomen- drankje nuttigen, wat kletsen of muziek maken. Het bruist hier enorm. Bologna is de oudste universiteitsstad van de wereld en dankt hieraan haar tweede bijnaam: La dotta (de geleerde). En dan zijn er naast la grasse en la dotta, nog twee bijnamen: La turrita (de getorende) en la rossa (de rode). La turrita vanwege de twee scheve torens nabij het Piazza Maggiore. Torre degli Asinelli is met bijna 100 meter de hoogste van de twee en staat ruim  een meter uit het lood. De kleinere toren, Torre dei Garisenda, is in de middeleeuwen deels afgebroken vanwege instortingsgevaar en staat ruim 3 meter uit het lood. Ter vergelijking: de toren van Pisa is met 2,5 meter minder scheef. Over de laatste bijnaam (la rossa) zijn de meningen verdeeld. Het zou óf door de rode kleur van de gevels en daken komen óf door de overwegende politieke voorkeur van de Bolognesi.


Op zoek naar Bologna
Ook hadden we een bijzondere ontmoeting in Bologna. We spraken af met Nina, Andrea en Luna van Op zoek naar Italië. Andrea is geboren in Bologna en werkt als fotograaf. Na een paar jaar in Amsterdam te hebben gewoond met freelance journaliste Nina zijn ze een jaar geleden samen met hun bijna drie jaar oude dochter terug naar Bologna verhuisd. De mooie (historische) verhalen van Nina en Andrea lieten ons met andere ogen naar de gebouwen en hun stad kijken. Terwijl Lara en Luna al zingend (soms zelfs gillend) door de sfeervolle straten liepen. Er is veel te ontdekken in Bologna, het is dan ook niet voor niets dat deze bestemming de laatste jaren sterk in populariteit is toegenomen.
Tijdens de lunch op het Mercato delle Erbe werd door Andrea uitgebreid aandacht besteed aan het bestellen van het eten. Vragen over de versheid van de mozzarella, de herkomst van de ingrediënten en de wijn. Oprechte passie en respect zoals je alleen bij Italianen ziet. Zelfs Nina mocht niet al even een pizza voor de bambini bestellen.
In juli maakt Op zoek naar Italië het mogelijk om al fotograferend van het Italiaanse leven te genieten, klik hier voor meer informatie en om je in te schrijven.



Onze 10 tips 
Wij waren na vier dagen nog altijd niet uitgekeken. Maar we hebben voor een mooie dag in Bologna 10 tips die je zeker niet mag missen.
  1. Begin je dag bij Zanarini aan het Piazza Galvani. Hier drink je de lekkerste cappuccino vergezeld met een overheerlijke brioche, uiteraard aan de bar tussen de Italianen die op weg naar hun werk zijn.
  2. Beklim via een kleine 500 treden de scheve toren (Torre degli Asinelli) en geniet van het uitzicht.
  3. Struin door de smalle straatjes van het Quadrilatero, de culinaire vierhoek. Marktkoopmannen prijzen hier hun groente, vis en vlees aan. Ook zelfgemaakte tortellini is hier overal verkrijgbaar. Het walhalla voor lekkerbekken!
  4. Rust uit op het Piazza Santo Stefano, het mooiste plein van Bologna.
  5. Bezoek het Mercato delle Erbe en nuttig hier je lunch.
  6. Neem een gelato aan het Piazza Cavour. Cremeria La Funivia maakt het lekkerste ijs van Bologna en omstreken met gebruik van natuurlijke ingrediënten.
  7. Neem een espresso bij Maurizio (hij zal hem zelf voor je bereiden). Op vrijdag geniet je er 's avonds van live muziek in de kleine, maar zeer sfeervolle cafeteria aan de via Guerrazzi.
  8. Geniet van de straatmuzikanten, overal is muziek in Bologna.
  9. Nuttig een aperitivo bij Le Scuderie aan het Piazza Guiseppe Verdi.
  10. Eet een traditionele tagliatelle al ragù bij Osteria dell'Orsa (Via Mentana).

In de Bologna Ciao tutti special vind je ontzettend veel leuke tips en verhalen over Bologna die je in de standaard reisgidsen niet zult vinden. Een aanrader dus mocht je binnenkort een bezoekje brengen.

Bijzonder
Het is bijzonder. Samen met je dochter op stap in een grote stad, 1200 kilometer van huis. Even alle aandacht voor elkaar, samen nieuwe dingen ontdekken, leuke mensen ontmoeten en vooral heel veel plezier hebben in een prachtige stad. Bologna is de ideale plek voor een stedentrip, ook met kleine kinderen. En vond Lara het eng of spannend om een paar dagen alleen met papa weg te zijn met het vliegtuig? Helemaal niet! "We kunnen toch aan Mariarosa vragen of we nog een dagje mogen blijven... ik vind het hier zo leuk!"
Er is een nieuwe traditie geboren in huize La Vita è Bella!

maandag 20 april 2015

Kabeljauw, asperges & salmoriglio

Het zal geen geheim zijn dat we in huize La Vita è Bella dol zijn op het witte goud. Tenminste Cindy en ik, de bambini hebben we nog niet enthousiast kunnen krijgen voor de koningin onder de groenten. Toch vonden we het weer eens tijd voor een recept met asperges, het seizoen is immers weer in volle gang. Twee jaar geleden verscheen al eens een blog met het recept voor  aspergerisotto (die blog vind je hier). We schreven toen dat we bij asperges ook denken aan pesce en taggiasca olijven, de reden vind je nu dan 2 jaar later eindelijk hieronder.
De salmoriglio, een typische Siciliaanse dressing met citroen, bezorgt je in gedachte direct een enkeltje naar het zuiden. Laat de zomer maar komen!



Voor 2 personen
  • 250 - 300 gram kabeljauw (dik stuk)
  • 500 gram witte asperges (geschild)
  • 25 gram roomboter
  • 100 ml witte wijn
  • ovenschaal
  • peper en zout
  • het sap en de geraspte schil van een halve citroen*
  • handvol taggiasca olijven (ca.50 gram)
  • bos vers geplukte peterselie (fijngehakt)
  • 3 eetlepels olijfolie (extra vergine)
  • snuf zeezout 

Maak eerst de salmoriglio. Meng de citroenrasp, sap, olijven, peterselie en olijfolie door elkaar, breng op smaak met wat zeezout en laat even staan. De salmoriglio een dag van tevoren maken kan ook, de smaken komen dan nog beter tot zijn recht.

Verwarm de oven voor op 160 graden. Smelt de boter in een ovenschaal. Bestrooi de kabeljauw aan beide kanten met peper en zout en plaats in de ovenschaal. Giet de witte wijn erbij, verdeel de salmoriglio over de vis en plaats de schaal 35-40 minuten in de oven. Schep zo nu en dan wat van het vocht over de vis.


Breng in een grote pan water de asperges aan de kook, laat zes minuten doorkoken en draai dan het vuur uit en laat de asperges nog 15 minuten in het kookvocht staan. Laat even uitlekken en leg ze op voorverwarmde borden naast elkaar, plaats een stuk kabeljauw met de salmoriglio midden op de asperges, giet er nog wat van het vocht bij en serveer.

Buon appetito!

* Snijd de andere helft van de citroen in dunne plakjes en voeg deze toe aan een kan water met een takje verse munt. Heerlijk naast een mooi glas witte wijn.

zondag 29 maart 2015

Navigli


Milaan...
Metro lijn 2 brengt ons vanuit het centrum naar station Porto San Genova in de wijk Navigli. Een bijzonder leuke wijk waar je even niet struikelt over de winkelende jetset met opgespoten botox lippen. Er lopen twee kanalen door de wijk die zijn overgebleven uit de tijd dat er nog handel over het water werd gedreven. Door de komst van goede wegen en het vrachtverkeer werden de kanalen overbodig en de meesten werden dan ook gedempt. Naviglio Grande en Naviglio Pavese zijn gelukkig gespaard gebleven en geven nu glans aan dit hippe stukje Milaan dat erg in opkomst is en zeer in trek bij jongeren. De wijk ontleent haar schoonheid aan het ruwe karakter. Metalen en stenen bruggen geven het gebied een industrieel uiterlijk, de kerk staat verdekt opgesteld tussen de met graffiti bespoten gevels. Een aardig contrast met de perfect onderhouden gebouwen in het centrum. Dit is ook Milaan en wat ons betreft één van de leukste stukken. Langs de kanalen vind je tal van barretjes en restaurantjes met menukaarten uit alle windstreken. Terwijl aan het einde van de dag de zon langzaam wegzakt in het Naviglio Grande komt het leven langzaam op gang. De Italianen strijken neer voor een aperitivo op één van de vele terrasjes langs het sfeervolle kanaal.


Dat Navigli in opkomst is zie je ook aan de vele werkzaamheden door de hele wijk. Zo wordt de weg langs het Naviglio Grande voorzien van nieuwe plavuizen. Met de hand worden de zware stenen nauwkeurig in het cement geplaatst en met een machine aangetrild. Eén van de werkmannen besproeit het nieuwe stukje straat met water, terwijl een ober voor zijn Osteria staat te kijken naar het tafereel. Hij lijkt wat geërgerd, alsof hij vreest dat zijn gasten wegblijven vanwege de rommel en de herrie die met aantrillen gemoeid gaat. Wij gaan in ieder geval wel naar binnen en worden hartelijk ontvangen door Monica. Ze komt van Sardinië.




We wandelen even terug in de tijd. Donkere houten kasten, klassiek gedekte tafels, her en der antieke grammafoonspelers en transistorradio's als decoratie. De muren zijn versierd met oude theateraankondigen en in het midden van het restaurant staat een levensgrote koe. Bij Asso di Fiori staat alles in teken van kaas, er prijkt dan ook met grote letters buiten op het uithangbord: Osteria dei Formaggi.


Het eten is voortreffelijk. Alles is vers bereid en heeft, je raadt het al, kaas in de hoofdrol. Wij laten ons verrassen door hetgeen Monica ons aanbeveelt en voor de bambini laat ze apart een pasta bereiden. Als we bijna klaar zijn met eten zet Monica een schaaltje caramela & biscotti neer. “Voor jou Lara, omdat je zo goed gegeten hebt” Lara heeft inderdaad een flink bord fusilli al pomodoro op. En niet van die kleine fusilli, maar grote, perfect gekookt met een zachte tomatensaus. Dan richt Monica zich tot Italia. “Als jij net zo goed eet als je zus, dan zijn er voor jou ook snoepjes” Monica blijkt meer invloed op Italia te hebben dan wij. Tijdens het eten was het haar gelukt om twee keer uit de Osteria te ontsnappen en hard de straat op te rennen, langs de werklui. Voor haar eten had ze geen oog, wel voor die levensgrote koe en voor de servetten die op de tafel liggen. Maar nu begint ze toch te eten. “Als ik het op heb krijg ik een snoepje van die mevrouw!” Monica moet er hartelijk om lachen.  

Gnocchi verde al formaggio


Vandaag maakte ik groene gnocchi met een kaassaus en dacht terug aan het leuke Navigli en die geweldige dag in Milaan. Het was 11 september 2014, onze trouwdag. We hadden ons eigen feestje in Asso di Fiori, want hoewel het eten voortreffelijk was, waren wij de enige gasten die avond. Misschien waren de zorgen van de ober toch terecht... We proostten, aten, lachten en genoten van het prettige gastvrouwschap en de fijne entourage. Na die mooie maaltijd slopen we voldaan Navigli en Milaan weer uit. 

Deze gnocchi is erg machtig, wij eten het dan ook meestal als hoofdgerecht met wat losse (gekookte) groente erbij.  


Voor de gnocchi (4 personen)
  • 700 gram kruimige aardappels
  • 300 gram bladspinazie
  • 100 gram meel + extra om te bestuiven
  • 1 ei
  • peper en zout
  • pureeknijper
Kook de aardappelen in de schil 20 minuten in licht gezouten water. Blancheer ondertussen de spinazie een minuut of 2 in lichtgezouten kokend water. Giet af in een vergiet, laat wat afkoelen, druk dan met je handen al het vocht eruit en snijd de spinazie zeer fijn. Giet de aardappels af, laat het vocht verdampen en pel, als de aardappels wat zijn afgekoeld, de schil eraf. Prak of knijp de aardappelen in de pan en voeg de spinazie, het meel, een ei en wat zout en peper toe, meng alles door elkaar tot het één stevig geheel is. Als het deeg te nat is voeg dan nog wat meel toe (niet te veel, dit komt de smaak van de gnocchi niet ten goede). Bestuif het werkblad met wat meel en kneed het tot een stevig deeg.
Rol het deeg met de hand tot rolletjes van ongeveer een cm doorsnede en snijd deze in stukken van een cm of 2. Bestuif tot slot de gnocchi met wat meel en leg ze uit elkaar op een theedoek tot je ze gaat bereiden.

Voor de saus
  • 250 ml panna di cucina (kookroom)
  • 80 gram versgeraspte parmigiano reggiano
  • handvol versgeplukte peterselie 
  • snuf zout
Zet een kleine pan op het vuur en verwarm de panna di cucina tot tegen het kookpunt aan. Roer de kaas erdoorheen en blijf roeren tot er een gladde saus ontstaat. Voeg een snuf zout en de peterselie toe en draai het vuur laag.

Kook de gnocchi in een ruime pan met gezouten water, ze zijn klaar als ze boven komen drijven. Schep de gnocchi uit de pan, laat even uitlekken en meng ze door de kaassaus heen. Serveer in diepe borden, rasp er tot slot nog wat parmigiano en versgemalen peper overheen.
Buon appetito!